“Hou je meer van je linker of rechter hersenhelft? Een wedstrijd die je niet wilt missen!”
Beste Aller Beste,
Weet je al wie vandaag de beste is? Niet? Geen zorgen, je bent niet alleen. In onze cultuur draait alles immers om de constante strijd om ergens bovenaan te staan. Of het nu gaat om de snelste hardloper, de perfecte avocado-toast of zelfs de meest Instagramwaardige glimlach—alles wordt gemeten, vergeleken en gerangschikt.
Maar wat nou als ik je vertel dat deze obsessie met ranglijsten misschien niet zo onschuldig is als het lijkt? Wat als die hele drang naar ‘de beste versie van jezelf’ niets meer is dan een slim marketingtrucje van de supplementenindustrie? En dat we inmiddels wedstrijden organiseren over zaken die net zo zinvol zijn als kiezen tussen je linker en rechter hersenhelft?
Als je daar nieuwsgierig van wordt (of gewoon lekker ironisch wilt glimlachen), dan is dit essay echt iets voor jou. Het zet je aan het denken over onze absurde hang naar verbetering en waarom we blijkbaar nooit gewoon kunnen zijn zonder alles te meten. Van de fetisj van perfectie tot de illusie van vooruitgang—het wordt allemaal besproken, met een flinke scheut cynisme uiteraard.
Benieuwd? Klik hier om het volledige essay te lezen en ontdek waarom ‘de beste versie van jezelf’ waarschijnlijk alleen maar een vermoeide, blut geraakte versie is.
Want echt… wie heeft er tijd om telkens te verliezen van zichzelf?
Met een glimlach en een knipoog,
Peter Koopman
P.S. Geen zorgen, er is geen ranglijst van lezers. Maar als er wel een was, stond jij vast bovenaan!
15 jan. 2025
Tel.: 06 8135 8861
Wie is vandaag de beste?
Mijn kleindochters waren dit weekend op bezoek. “Opa, hou je van ons?” Natuurlijk meiden, maar ik kan maar van één van jullie het meeste houden!” Verbaasde blikken, ze kijken elkaar aan met de vraag: “Zou hij mij bedoelen?”
We leven in een wereld van strijd en competitie. In alles wat je doet of denkt meet je het af aan een illusionair ‘beste’. De mooiste kleur, de beste artiest, de hoogste berg, de warmste zomer – alles wordt gemeten in superlatieven, en niemand vraagt zich af waarom. Alles moet tegenwoordig gemeten, vergeleken en gerangschikt worden. Sportuitslagen krijgen prioriteit in het nieuws boven oorlogsverslagen. De massa wil weten wie de snelste was, wie de meeste goals scoorde, wie de meest volmaakte esthetiek tentoonstelde op sociale media. Een prijs voor de beste lichaamshouding bij het scrollen door Instagram is waarschijnlijk slechts een kwestie van tijd.
Het obsessieve meten van prestaties is geen toeval. Het is een surrogaat voor betekenis, een manier om een leegte te vullen die we collectief niet willen erkennen. Want als we niet voortdurend de beste proberen te zijn, wat blijft er dan nog over van ons? Een ongemakkelijke vraag die we liever niet stellen. Daarom meten we door, stellen we rankings op en vieren we de marginaalste overwinningen alsof ze iets wezenlijks veranderen.
Een wereld vol rankings
Alles moet tegenwoordig gemeten, vergeleken en gerangschikt worden. Sportuitslagen krijgen prioriteit in het nieuws boven oorlogsverslagen. De massa wil weten wie de snelste was, wie de meeste goals scoorde, wie de meest volmaakte esthetiek tentoonstelde op sociale media. Een prijs voor de beste lichaamshouding bij het scrollen door Instagram is waarschijnlijk slechts een kwestie van tijd.
Het obsessieve meten van prestaties is geen toeval. Het is een surrogaat voor betekenis, een manier om een leegte te vullen die we collectief niet willen erkennen. Want als we niet voortdurend de beste proberen te zijn, wat blijft er dan nog over van ons? Een ongemakkelijke vraag die we liever niet stellen. Daarom meten we door, stellen we rankings op en vieren we de marginaalste overwinningen alsof ze iets wezenlijks veranderen.
De fetisj van verbetering
En dan is er dat prachtige ideaal: ‘de beste versie van jezelf’. Alsof je een ruw stukje klei bent dat nog even gepolijst moet worden tot je eindelijk glimt als een porseleinen vaasje. Maar wie bepaalt eigenlijk wat ‘de beste’ versie van jezelf is? Waarschijnlijk iemand die je iets probeert te verkopen. De supplementenindustrie, de sportscholen, de cosmetische bedrijven—allemaal beloven ze dat jij ‘de beste’ kunt worden, als je maar genoeg betaalt. De ironie is dat je door het najagen van dit ideaal nooit werkelijk beter wordt, alleen maar vermoeider en armer.
In plaats van te accepteren dat je altijd een incomplete versie van jezelf blijft, worden we gestimuleerd om door te blijven streven naar een ongrijpbaar doel. Je bent pas ‘af’ als je honderd likes krijgt, als je het perfecte lichaam hebt, als je meetbaar sneller, sterker of mooier bent dan gisteren. Het leven als een voortdurende wedstrijd tegen een versie van jezelf die je nooit zult inhalen.
Hou je meer van je linker of rechterhemisfeer?
En dan de hamvraag: hou je meer van je linker- of je rechterhersenhelft? Het klinkt absurd, nietwaar? Maar eigenlijk is dat precies wat onze cultuur van je vraagt. Hou je meer van je uiterlijk of van je prestaties? Hou je meer van je sociale status of van je innerlijke rust? We worden gedwongen te kiezen, alsof je een van beide kunt wegstrepen zonder een wezenlijk deel van jezelf kwijt te raken.
Net als bij die kleindochters die zich afvroegen wie opa het meest liefhad, zitten we gevangen in een denkpatroon waarin alles een wedstrijd moet zijn. Je kunt blijkbaar niet van beide hersenhelften houden. Nee, er moet een winnaar zijn. Maar waarom? Wat is er mis met de mogelijkheid dat alles gewoon is, zonder de noodzaak om het te meten, te vergelijken of te verbeteren?
Brood en spelen, zonder het brood
Het Romeinse adagium ‘panem et circenses’—brood en spelen—leeft voort in onze samenleving, alleen is het brood inmiddels op rantsoen gezet. De spelen daarentegen zijn overvloedig aanwezig. We worden continu gevoed met competitie, met rankings, met de illusie dat als we maar hard genoeg rennen, we uiteindelijk zullen winnen. Maar winnen waarvan? Van elkaar? Van onszelf? Van de tijd? De waarheid is dat er niets te winnen valt.
Wat rest, is een cultuur die zichzelf eindeloos probeert te verbeteren zonder ooit te vragen waarom. Wie is vandaag de beste? Wie is morgen de beste? En belangrijker nog: waarom zou het ons iets kunnen schelen?
Misschien is het tijd om een stap terug te doen, de meetlinten neer te leggen en te accepteren dat de beste versie van jezelf niets meer is dan de versie die je nu bent. Maar ja, wie luistert daar tegenwoordig nog naar? De stopwatch heeft immers al bepaald dat je achterloopt.
Literatuurlijst
Skinner, B.F. (1953). Science and Human Behavior. Macmillan.
Baudrillard, J. (1994). Simulacra and Simulation. University of Michigan Press.
Bourdieu, P. (1986). The Forms of Capital. In J.G. Richardson (Ed.), Handbook of Theory and Research for the Sociology of Education (pp. 241-258). Greenwood Press.
Harari, Y.N. (2016). Homo Deus: A Brief History of Tomorrow. Harvill Secker.
Kahneman, D. (2011). Thinking, Fast and Slow. Farrar, Straus and Giroux.