Het Bed van Procrustus en Illich

Het Bed van Procrustus en Illich

Pas jij in het bed van Procrustes?

Beste Lezer,

Stel je voor: een antieke Griek die mensen op bed legt en ze net zo lang uitrekt of afsnijdt tot ze “passen”.
Klinkt barbaars? Gefeliciteerd: dat is precies wat onze cultuur vandaag met je doet – maar dan met een glimlach en een subsidie.

In mijn nieuwste essay “Het Bed van Procrustus en Illich” laat ik zien hoe we enerzijds iedereen gelijk willen maken (iedereen een kampioen!), en anderzijds de uitzonderingen zo ver mogelijk op een voetstuk zetten.
Het resultaat? Een samenleving die mensen tegelijk uitrekt én snoeit – en zich daarna afvraagt waarom iedereen zo moe is.

Het is een uitnodiging om jezelf af te vragen of je lekker ligt in het bed van Procrustes, of dat je eigenlijk degene bent met de zaag in je hand.

Met een knipoog en een lichte filosofische wreedheid,
Peter Koopman

Een cynische verhandeling over talent, afwijking en de tirannie van gelijkheid

De mens is een raar dier. Volgens Darwin is talent geen nobele gift van de goden, maar een genetische mutatie, een afwijking die alleen blijft bestaan omdat ze in een specifieke context een voordeel oplevert1. Wedstrijden zijn niets anders dan een georganiseerde zoektocht naar deze afwijkingen – een soort seizoensgebonden selectie-experimenten waarin we de uitzonderingen vieren en de rest van de kudde toeschouwer laten zijn.

En hier sluipt de paradox binnen: terwijl de samenleving predikt dat “iedereen een kampioen kan zijn”, worden de spelregels zo afgesteld dat de lat alleen bereikbaar is voor de genetisch gezegenden. Het is alsof we Procrustes zelf hebben ingehuurd om ons bed te timmeren: we rekken en snoeien mensen mentaal en fysiek totdat ze in het frame passen2.

Cultuur doet daar nog een schepje bovenop: ze creëert omstandigheden waarin juist die afwijkingen kunnen floreren, alsof de natuur niet hard genoeg selecteert3. Topsport, kunst, wetenschap – allemaal tempels waar het afwijkende wordt verheven tot norm. Maar zodra iemand écht buiten de bandbreedte valt, of erger nog: de regels zelf in twijfel trekt, wordt hij verbannen naar de marge.

Ivan Illich zou zich in zijn graf omdraaien bij het huidige onderwijs- en sportcircus: zijn pleidooi voor deschooling societywas precies een oproep om de natuurlijke variatie en creativiteit niet te vermorzelen in een systeem dat alle individuen langs dezelfde lat legt4. Hij wist dat organismen gedijen bij diversiteit, niet bij conformiteit.

De ironie? Terwijl we de massa vertellen dat ze vrij is en zichzelf mag zijn, verwachten we gelijktijdig dat ze applaudisseert voor de uitzonderingen – en betaalt voor het privilege om mee te doen aan een spel dat ze nooit kan winnen.

Literatuurlijst & Verwijzingen

Aanvullende bronnen

  • Dawkins, R. (1976). The Selfish Gene. Oxford University Press.
  • Buss, D.M. (2015). Evolutionary Psychology: The New Science of the Mind. Psychology Press.
  • Foucault, M. (1977). Discipline and Punish: The Birth of the Prison. Vintage Books.
  • Kahneman, D. (2011). Thinking, Fast and Slow. Farrar, Straus & Giroux.
  • Csikszentmihalyi, M. (1990). Flow: The Psychology of Optimal Experience. Harper & Row.
  • Huizinga, J. (1938). Homo Ludens: Proeve eener bepaling van het spel-element der cultuur. Haarlem: Tjeenk Willink.
  • Bourdieu, P. (1984). Distinction: A Social Critique of the Judgement of Taste. Harvard University Press.
  • Nietzsche, F. (1886). Jenseits von Gut und Böse (Beyond Good and Evil).
  • Sloterdijk, P. (2009). Du mußt dein Leben ändern. Suhrkamp.

Ook interessant voor jou!