Zoek je genot of schaamte? Lees dit… of blijf in de paradox gevangen.
Beste Lezer,
We hebben allemaal zo onze eigenaardigheden, toch? Die kleine kronkels van het brein die ons laten hunkeren naar dat ongrijpbare moment van puur genot. En net als je denkt dat je het hebt gevonden, komt daar de oude bekende schaamte weer om de hoek kijken: “Waarom deed ik dit ook alweer?”
Als dit je enigszins bekend voorkomt (geen zorgen, je bent in goed gezelschap), dan is dit essay misschien wel iets voor jou. Het gaat over hoe identiteit, de drang naar aandacht, en die vreemde cocktail van hunkering en schaamte ons in een voortdurende paradox gevangenhouden. Klinkt zwaar? Misschien. Maar ach, wie houdt er niet van een beetje mentale gymnastiek om de dag door te komen?
Scrol naar beneden om te lezen hoe we, in onze niet-aflatende zoektocht naar betekenis en erkenning, continu in de val trappen van onze eigen verlangens en kwetsbaarheden. Het is een reis langs PTSS, dopamine, Foucault en Freud. Verwacht geen wondermiddel, maar hopelijk wel wat nieuwe inzichten — en misschien een glimlach.
Lees nu: [De Paradox van Identiteit, Hunkering en Schaamte]
Want laten we eerlijk zijn: het leven is veel leuker als je niet gehinderd wordt door enige kennis, maar toch af en toe doet alsof je het allemaal begrijpt.
Veel leesplezier en verwondering gewenst,
Peter Koopman
11 jan. 2025
Tel.: 06 8135 8861
De Paradox van Identiteit, Hunkering en Schaamte
Inleiding
In onze hedendaagse cultuur bestaat iets pas wanneer het benoemd kan worden. We geven betekenis aan fenomenen door middel van taal en verbinden er economische waarde aan. Dit geldt ook voor psychische fenomenen zoals Posttraumatische Stressstoornis (PTSS). Wat ooit een normaal onderdeel was van het menselijk bestaan – angst en levensbedreigende situaties – is nu, door de afname van dergelijke situaties, gereduceerd tot iets wat slechts een kleine groep ervaart. Het is hierdoor abnormaal geworden. Maar deze abnormaalheid is niet alleen sociaal geconstrueerd; ze geeft ook de mogelijkheid tot het genereren van aandacht, een behoefte die diepgeworteld is in onze identiteit.
In dit essay onderzoek ik hoe identiteitsvorming, hunkering naar intense ervaringen en schaamte verweven zijn met elkaar. Deze verwevenheid leidt tot een paradox: we verlangen naar de uitbarsting van genot die extreme situaties teweegbrengen, terwijl we tegelijkertijd gevangen zitten in de schaamte over onze reacties in diezelfde situaties.
Identiteit als zoektocht naar aandacht
Vanaf jonge leeftijd leren we dat aandacht een cruciaal element is in het vormen van onze identiteit. Voor mij begon dit door mijn aangeboren hartafwijking, die mij als kind bijzondere aandacht opleverde. Deze vorm van aandacht werd later gesublimeerd door sportprestaties. De paradox hier is duidelijk: de beperking die aanvankelijk zorgde voor kwetsbaarheid werd getransformeerd in een bron van kracht en bewondering. Dit patroon – van beperking naar prestatie – werd een integraal onderdeel van mijn identiteit.
Dit mechanisme verklaart mogelijk ook waarom mensen met PTSS geneigd zijn om levensbedreigende situaties opnieuw op te zoeken. De eerste ervaring brengt een explosie van genot met zich mee, veroorzaakt door een cocktail van dopamine, noradrenaline en andere neurotransmitters (Panksepp, 1998). We koppelen de emotie aan een ervaring, een gebeurtenis. De hunkering naar dit genot leidt tot het verlangen om de situatie opnieuw te beleven, maar dan onder gecontroleerde omstandigheden. Zo ontstaat er een cyclus waarin men probeert de oorspronkelijke ervaring te herhalen, zonder dat de oorspronkelijke intensiteit ooit echt bereikt kan worden.
Zoals Foucault (1975) beschrijft, speelt de discipline die door de maatschappij wordt opgelegd een cruciale rol in de vorming van het individu. De aandacht die ik genereerde door mijn hartafwijking en later door sportprestaties, is te begrijpen als een reactie op deze maatschappelijke context waarin onderscheidt en discipline centraal staan.
De onbereikbare high en de rol van controle
Het probleem bij het nastreven van deze high is dat het organisme leert. Het leert dat de nieuwe situaties – bijvoorbeeld een achtbaan of een gevecht – niet de werkelijkheid zijn, maar gecontroleerde simulaties. Dit besef, hoe onbewust ook, ondermijnt de ervaring. Het idee van controle werkt daarmee tegen het bereiken van dezelfde uitbarsting van genot als tijdens de eerste, ongecontroleerde situatie. De high wordt onbereikbaar, en dit leidt tot frustratie en een gevoel van dissociatie. Men begrijpt niet waarom het lichaam niet meer reageert zoals vroeger, en begint zowel het lichaam als het eigen brein te wantrouwen.
Zoals Van der Kolk (2014) stelt, houdt het lichaam een gedetailleerd ‘geheugen’ bij van traumatische ervaringen. Dit verklaart waarom gecontroleerde simulaties niet dezelfde intensiteit oproepen: het lichaam (het organisme) herkent het verschil tussen reële en gesimuleerde dreiging.
Schaamte: de schaduwzijde van genot
Terwijl de hunkering naar extreme ervaringen voortkomt uit de belofte van genot, brengt de realiteit van zulke situaties vaak iets heel anders met zich mee: schaamte. In momenten van extreme angst verliezen we de controle over ons lichaam. We plassen in onze broek, moeten braken of verstijven. Deze fysiologische reacties worden door onze rationele geest geassocieerd met zwakte. Er ontstaat schaamte over het feit dat we bang waren, dat we ons lichaam niet in de hand hadden.
Deze schaamte is wellicht net zo krachtig als de hunkering naar genot. Ze roept verwarring op: hoe kan iets dat we verlangen tegelijkertijd zo’n bron van vernedering zijn? Dit dubbele gevoel van hunkering en schaamte kan leiden tot obsessief gedrag. We proberen het genot opnieuw te bereiken, maar de schaamte blijft ons achtervolgen.
De bredere implicaties: van PTSS tot fetisj
Deze paradox – hunkering naar genot gecombineerd met schaamte – is niet beperkt tot PTSS. Ze manifesteert zich in allerlei menselijke gedragingen, van play fighting en extreme sporten tot meer duistere fenomenen zoals pedofilie, lustmoord en diefstal. In al deze gevallen zien we dezelfde dynamiek: een verlangen naar de intense emotie, gevolgd door schaamte over de eigen reactie. De behoefte om deze ervaring te herhalen, ondanks of misschien juist vanwege de schaamte, zorgt ervoor dat het gedrag blijft bestaan.
Sigmund Freud sprak in dit verband over de doodsdrift (‘Thanatos’) als de tegenhanger van de levensdrift (‘Eros’) (Freud, 1920). Volgens Freud is er een onbewuste hunkering naar de grens tussen leven en dood, omdat deze grens de meest intense emoties oproept. Wat hij misschien niet expliciet benoemde, maar wat hieruit volgt, is dat deze hunkering altijd gepaard gaat met schaamte. De schaamte voor onze eigen sterfelijkheid, onze kwetsbaarheid, onze primitieve reacties.
Conclusie: identiteit als gevangenis en bevrijding
De zoektocht naar identiteit is onlosmakelijk verbonden met onze ervaringen van genot en schaamte. We vormen onze identiteit door aandacht te genereren, vaak door extreme situaties op te zoeken. Tegelijkertijd worden we geconfronteerd met de schaamte over onze eigen reacties in deze situaties. Dit leidt tot een paradoxale cyclus: we verlangen naar genot, maar kunnen het nooit volledig bereiken zonder tegelijkertijd schaamte te ervaren.
Misschien is dit precies wat ons menselijk maakt. We zijn gevangen in onze zoektocht naar betekenis, naar controle, naar een identiteit. Maar deze zoektocht, hoe verwarrend en pijnlijk ook, is ook onze grootste kracht. Het stelt ons in staat om te leren, te groeien en, uiteindelijk, onszelf te bevrijden – al is het maar tijdelijk – uit de paradox van het bestaan.
Nawoord
Dit essay is voortgekomen uit persoonlijke reflectie en ervaring. Hoewel ik geen formele wetenschappelijke scholing heb in psychologie, neurologie of filosofie, geloof ik dat juist deze onbevangen blik mij in staat stelt om verbanden te leggen die niet gehinderd worden door dogma’s of methodologische beperkingen. Zoals Paul Feyerabend stelde, ontstaat vooruitgang juist door het loslaten van vastgeroeste denkkaders. Hopelijk biedt dit essay een nieuwe manier om te kijken naar PTSS, identiteit en de complexe relatie tussen hunkering en schaamte.
Literatuurverwijzingen
Freud, S. (1920). Beyond the Pleasure Principle.
Van der Kolk, B. A. (2014). The Body Keeps the Score: Brain, Mind, and Body in the Healing of Trauma.
Foucault, M. (1975). Discipline and Punish: The Birth of the Prison.
Feyerabend, P. (1975). Against Method: Outline of an Anarchistic Theory of Knowledge.
Panksepp, J. (1998). Affective Neuroscience: The Foundations of Human and Animal Emotions.