Geen mens deugt — maar iedereen heeft een goed verhaal
Beste Deuger,
In een wereld waarin Rutger Bregman grossiert in feelgoodfabels over de deugdzame mens, is het tijd voor een koud bad realisme.
“De meeste mensen deugen”? Natuurlijk, zolang je de definitie van ‘deugen’ oprekt tot het vermogen om schaamteloos zichzelf moreel te verkopen. Er is een ongemakkelijke waarheid die we liever negeren: de mens is geen moreel wezen. Hij is een rechtvaardigend dier, vermomd in fatsoen.
We zijn niet goed — we praten goed.
Mijn essay “De morele kameleon: waarom de mens niet goed is, maar goed praat” biedt geen troost, geen hoop en al helemaal geen knuffel. Ik onderzoek de smerige, strategische onderlaag van wat wij ‘ethiek’ noemen.
Waarom wij oorlog rechtvaardigen zolang we hem zelf voeren. Waarom empathie niet universeel is, maar lokaal, selectief en vermoeid.
Wel krijg je:
· een dissectie van morele hypocrisie als evolutionair voordeel
· empathie als spotlight met beperkte batterij
· geweld als norm, niet als uitschieter
· moraal als verpakking van eigenbelang
Het resultaat is geen pleidooi voor nihilisme, maar een poging tot heldere, ongemakkelijke eerlijkheid.
Niet om de wereld beter te maken, maar om hem beter te begrijpen.
Met sceptische groet,
…… volgens Peter Koopman
07 jun. 2025
Tel.: 06 8135 8861
“Misleiding is de basis van succes.”
— gekrast op een deur, auteur ondergetekende
De Morele Kameleon: waarom de mens niet goed is, maar goed praat
Inleiding
De mens is geen moreel wezen. Hij is een sociaal manipulerend, rechtvaardigend organisme dat zijn overlevingsdrang verpakt in nobele woorden. Moreel gedrag is niet zijn aard, maar zijn camouflage. Dit essay is een frontale botsing met het idee dat de mens deugt. Het stelt dat ethiek geen universeel kompas is, maar een gereedschap van tribale belangen, contextuele rationalisaties en evolutionair opportunisme. De moraal is niet wat ons verheft, maar wat ons in toom houdt. Tijdelijk.
Ethiek is geen waarheid, maar theater
Morele overtuigingen zijn toneelstukken die we opvoeren voor anderen — en vooral voor onszelf. Zoals Sapolsky, Haidt en Dennett aantonen, beslissen we op gevoel, en verzinnen er daarna een reden bij. We zijn geen morele wezens, maar morele advocaten: het brein is een juridisch apparaat dat voortdurend op zoek is naar plausibele rechtvaardiging van wat we al wilden of deden.
We applaudisseren voor de bokser die zijn tegenstander tot moes slaat, en huilen bij een documentaire over zinloos geweld. We bombarderen steden en spreken van rechtvaardige strijd, maar noemen de tegenreactie terreur. Dit is geen disfunctie, het is de functie. Wij — als soort — zijn morele kameleons.
Hypocrisie als evolutionair voordeel
Mensen die succesvol zijn in het opleggen van regels aan anderen, terwijl ze zichzelf uitzonderen, hebben een reproductief en sociaal voordeel. Priesters die zondigen, generaals die oorlogsmisdaden begaan, politici die wetten negeren: ze overleven, domineren, planten zich voort. De evolutionaire les is helder: wie geloofwaardig liegt, leeft langer.
Deze morele asymmetrie is diep ingebed in onze psychologie. Wat goed is voor de groep én mijn status, is ‘juist’. Wat slecht is voor mij, is ‘onrecht’. Zo ontstaat de morele dubbelboekhouding: empathie voor de in-group, rechtvaardiging van geweld tegen de out-group.
Geweld is niet de uitzondering, maar de natuurlijke staat
Zoals Hobbes al stelde: de natuurtoestand is oorlog van allen tegen allen. Cultuur is slechts een tijdelijke onderbreking, geen vervanging. Geweld is geen ontsporing, maar een ingebouwd mechanisme dat zich toont wanneer instituties wegvallen of contexten versmelten: oorlog, religieuze extase, groepsdwang, statusdreiging.
De morele verontwaardiging over het geweld van de ander is dus geen teken van ethische superioriteit, maar van tribale positionering. Je keurt af wat jouw stam niet doet, en prijst wat jouw stam presteert. We zijn net zo verontwaardigd als het strategisch uitkomt.
De paradox van empathie: selectief en strategisch
Empathie is geen universele kracht, maar een evolutionair gereedschap om samenwerking binnen een groep te bevorderen. Het werkt uitstekend binnen de kring van bekenden, familie of gelijkgestemden. Maar het faalt spectaculair bij onbekenden, vijanden of groepen waar we geen gezicht op kunnen plakken.
Het verklaart waarom mensen massaal huilen om een dode puppy op Facebook, maar schouderophalend reageren op 20.000 doden in een overzeese oorlog. De menselijke empathie is geen constante, maar een spotlight met beperkte brandstof.
Moraal als schaamlap voor belangen
Elke oorlog begint met een moreel argument: bevrijding, veiligheid, gerechtigheid. Elke onderdrukking wordt verpakt in termen van orde, traditie of vooruitgang. Maar achter die woorden schuilt steeds dezelfde motor: macht, angst, hebzucht, status.
Dat geldt ook in het klein: in het onderwijs, de zorg, het gezin. ‘Voor jouw bestwil’ betekent vaak: ‘zodat jij doet wat ik wil’. Het morele vocabulaire is de verpakking van wil tot macht. Nietzsche wist het al: achter elk gebod schuilt een verlangen.
De waanzin van het inzicht
Wie dit alles doorziet, riskeert desillusie, cynisme, existentiële eenzaamheid. Want waar vind je nog houvast, als alles fluïde en contextueel is? Als goed slechts een etiket is, afhankelijk van wie het plakt?
Maar juist daar schuilt een vorm van vrijheid: in de erkenning dat de mens geen heilig wezen is, maar een rechtvaardigend dier. Je bent dan geen gek, maar een helderziende in een wereld van gelovigen. De krankzinnigheid is niet dat je dit denkt, maar dat anderen het niet willen denken.
Seks als strijdtoneel van hypocrisie, controle en onderwerping
Seks is nooit neutraal geweest. Het is het meest geveinsde, gereguleerde en gecontroleerde domein van menselijk gedrag. Niet omdat het moreel gevoelig is — maar omdat het biologisch gevaarlijk is. Seks betekent status, genen, territorium, invloed. En dus bemoeit de macht zich er structureel mee. Religies, staten, families: allemaal hebben ze regels rond seks bedacht, zogenaamd voor het ‘welzijn’, maar in werkelijkheid voor beheersing.
Want wie de seksuele moraal bepaalt, bepaalt wie zich mag voortplanten, wie zich moet schamen, wie zwijgt, en wie mag spreken.
Zoals Foucault ontnuchterend stelde: seksualiteit is een politiek terrein. De preekstoel, de wet, de medische autoriteit en het morele oordeel vormen een panopticum waarin seksuele expressie wordt genormaliseerd, verboden of geherdefinieerd, afhankelijk van de machtsstructuren van dat moment.
De evolutionaire logica achter seksuele hypocrisie
In evolutionaire termen is seks een schaakspel van belangen: vrouwen zoeken veiligheid en kwaliteit, mannen wedijveren om toegang en bevestiging. Die fundamentele asymmetrie voedt strategieën van manipulatie, bedrog en signalering.
De man die pleit voor kuisheid bij zijn dochter stemt in met pornografie in het geheim. De vrouw die seksuele vrijheid predikt, keurt hypergamed gedrag bij haar partner af. Beide schreeuwen over respect, maar meten met dubbele meetlatten. Waarom? Omdat het reproductieve risico ongelijk is verdeeld, maar het verlangen naar controle universeel is.
Het is geen morele inconsistentie. Het is adaptieve hypocrisie.
Macht controleert seks, want seks is macht
De controle op seks is altijd een proxy geweest voor sociale orde. Slavernij, kolonialisme, religieuze doctrine, de klassieke kuisheidsgordel — allemaal draaiden ze om het reguleren van seksuele autonomie. Waarom? Omdat seksualiteit — vooral vrouwelijke — ontwrichtend potentieel heeft: het kan structuren breken, hiërarchieën verwarren, loyaliteiten herschikken.
Daarom wordt de vrouwelijke seksualiteit cultureel vermomd als schaamte, en de mannelijke als drift die gereguleerd moet worden. In werkelijkheid zijn ze beide bedreigend — de één door haar selectieve macht, de ander door zijn opportunistische aard.
Foucault wist het: wie de seksualiteit onderdrukt, kanaliseert energie in gehoorzaamheid. En dat is precies wat systemen willen. Niet lust, maar volgzaamheid.
De domheid als buffer tegen inzicht
De burger die juicht om ‘beschaving’ en ‘fatsoen’, maar nooit vraagt wie daarvan profiteert, is precies wat het systeem nodig heeft. Want helder inzicht in seksuele moraal onthult te veel:
· dat monogamie vaak economische afhankelijkheid maskeert;
· dat seksuele schaamte een cultureel afgedwongen wapen is;
· dat de ‘morele meerderheid’ meestal bestaat uit volgzame herkauwers van oude angsten, verpakt als waarden.
De geprefereerde domheid is geen toeval — het is een vorm van gedragsbeheersing. Weten is gevaarlijk, want wie ziet hoe seks verbonden is met status, selectie, dominantie en uitsluiting, verliest zijn onschuld — en wordt onvoorspelbaar.
En macht haat niets meer dan een onvoorspelbaar mens.
Seksuele moraal als spiegel van structurele ongelijkheid
Wie mag seksueel zijn zonder gevolgen? Wie niet? De antwoorden veranderen per cultuur, per tijd, per klasse — maar het patroon blijft: wie meer macht heeft, mag meer. Seksuele vrijheid is een privilege, geen universeel recht.
De vrouw in de Arabische woestijn, de priester in de biechtstoel, de influencer op Instagram en de incel in zijn kelder hebben allemaal één ding gemeen: ze functioneren binnen seksuele hiërarchieën die niet worden gekozen, maar opgelegd.
Het verschil is dat sommigen het weten — en zwijgen. Anderen het voelen — en schreeuwen. En de rest? Die volgt de morele default, zoals een schaap het hek volgt: niet omdat het weet waar het naartoe gaat, maar omdat het gewend is geraakt aan het touw.
Besluit
De mens is geen moreel wezen — hij is een strategisch sociaal dierdat moraal bedrijft als toneel, leugen, marketing. Het is geen gebrekkige moraal die tot geweld, hypocrisie en manipulatie leidt. Het is moraal zélf die dit gedrag faciliteert, legitimeert en verbloemt.
De morele kameleon heeft geen kleur. Hij reflecteert de machtigste gloed in zijn omgeving. Jij kunt kiezen of je meeschittert of afwijkt.
Aanvullende literatuur voor deze sectie
· Foucault, M. The History of Sexuality
· Baumeister, R. & Vohs, K. Sexual Economics: Sex as Female Resource for Social Exchange
· Buss, D. The Evolution of Desire
· Wednesday Martin. Untrue: Why Nearly Everything We Believe About Women, Lust and Infidelity Is Wrong
· Esther Perel. Mating in Captivity
· Geoffrey Miller. The Mating Mind
· Simone de Beauvoir. Le Deuxième Sexe
· Angela Saini. Inferior: How Science Got Women Wrong