Cladosporium sphaerospermum – Of hoe een schimmel ons overbodig verklaart

Cladosporium sphaerospermum – Of hoe een schimmel ons overbodig verklaart

Schimmel met zelfvertrouwen – waarom deze paddenstoel het beter begrijpt dan jij

Beste lezer met evolutionaire achterstand,

In een wereld waarin influencers tips geven over aura cleansing, politici schimmiger zijn dan hun beleidsstukken, en de gemiddelde mens zich een weg denkt naar de afgrond met mindfulness en havercappu’s, komt er hoop uit onverwachte hoek: een schimmel.

Niet zomaar een schimmel, maar Cladosporium sphaerospermum — een nobel organisme dat zonder opsmuk floreert op pure radioactiviteit. Geen yoga nodig, geen affirmaties, geen filters. Deze schimmel doet gewoon waar hij goed in is: overleven. In de ruimte, op Chernobyl’s wanden, en binnenkort wellicht op het dak van je met stress gevuld brein.

Het bijgevoegde essay bied je een spiegel. Niet één die je rimpels verbergt, maar één die confronteert met wat de mens werkelijk is: een wat zeurderige, energieverspillende primatensoort met een overschat ego en een onderontwikkeld aanpassingsvermogen.

Klik. Lees. Leer van de schimmel.

Want misschien — heel misschien — is het tijd om van de nederigste levensvormen te leren hoe je zonder drama betekenis kunt hebben.

Schimmelvrije groet,
Peter Koopman
Afafa.info | Voor wie nog durft te denken

🦠 “Dat wat leeft op straling, heeft geen coach nodig.”

23 jun. 2025                            

Tel.: 06 8135 8861

Ergens op een laboratoriumplaat, in de schaduw van menselijke overmoed, leeft een wezen dat geen applaus nodig heeft. Geen likes, geen canvas, geen zingeving, geen TED-talks, geen curators, geen vernissages, geen selfie. Alleen straling, vocht, en de meedogenloze logica van bestaan: Cladosporium sphaerospermum. Een bescheiden naam voor een levensvorm die ons met stille minachting overschaduwt. Een schimmel, jazeker. Geen glorieuze zuil der beschaving, geen Homo sapiens met cognitieve dissonantie, maar een zwart, melaninisch, radioactief-gevoed stukje ‘zijn’ dat floreert waar wij smelten, rotten of janken.

De mens: kunstenaar van betekenisloosheid

Laten we even stilstaan bij het contrast. De mens, dat kloppend ego in vleesjas, is voortdurend bezig zijn bestaan te rechtvaardigen via betekenis. Als apen met esthetisch complex plakken we fruit aan muren, verkondigen we diepzinnige interpretaties bij onbegrijpelijke video-installaties, en vieren we de conceptuele leegte als ‘avant-garde’. Kunst als hoogste vorm van zelfverering, niet zelden vermomd als transcendentie. Wat eigenlijk wordt gevierd, is onze eindeloze creativiteit in het verdoezelen van onze zinloosheid.

We zijn als kinderen die zichzelf applaus geven voor het verzinnen van een onzichtbaar vriendje, en die vervolgens kerken, musea en universiteiten bouwen om het bestaan van dat vriendje te bewijzen.

Cladosporium sphaerospermum: schimmel der superioriteit

Ondertussen bestaat daar deze schimmel, die radioactieve straling omzet in groeikracht. Geen preek, geen poëzie, geen zelftwijfel. Terwijl wij wanhopig aan het klimaat sleutelen, CO₂ compenseren met morele inflatie en QR-codes plakken op kunstwerken, groeit deze schimmel op de wanden van Tsjernobyl – gevoed door wat ons vernietigt.

Dit eencellige genie zou op Mars kunnen overleven, zonder Elon Musk, zonder Starlink. Geen terraformen, geen koloniseren. Gewoon aanwezig zijn, groeien, zichzelf vermenigvuldigen. De schimmel die straling eet. De schimmel die geen enkele behoefte heeft aan validatie.

Vergeleken daarmee is onze beschaving niet meer dan een veredeld toneelstuk over Troje, met wat betere rekwisieten en slechtere acteurs.

Homo hubris: de god in de spiegel

We hebben de goden afgeschaft, en vervolgens besloten dat wijzelf hun taak wel overnemen. De homo economicus, de homo technologicus, de mens als zelfverklaard middelpunt. Maar als er iets is dat Cladosporium sphaerospermum ons leert, is het dit: we zijn niet het centrumWe zijn een tijdelijke oprisping in een kosmos die ons niet mist als we verdwijnen.

We willen alles duiden. Een schimmel duidt niets. Ze doet. Wij spreken over duurzaamheid, terwijl een schimmel het leeft. Wij schrijven boekdelen over overleven; zij is overleven.

Waar wij betekenis stapelen tot torens van illusie, fluistert Cladosporium: bestaan is genoeg.

De paradox van overleving

De schimmel leert ons de ultieme ironie: dat aanpassing krachtiger is dan ambitie. Terwijl wij technologie stapelen op technologie in een poging onze kwetsbaarheid te verhullen, toont deze schimmel dat robuustheid ontstaat uit eenvoud. Niet uit controle, maar uit overgave. Niet uit planning, maar uit présence.

Cladosporium heeft geen geschiedenis, geen toekomst, geen angst voor de dood. Het ís. En dat is precies waarom het ons zal overleven.

Tot slot: de vernederende verwondering

Er is iets ontroerends – nee, vernederends – aan het idee dat een levenloze muur met straling en schimmel meer bestaansrecht heeft dan een galerie vol betekenisfetisjisme. Dat zijn het wint van bedoeling. Dat groei zonder zingeving mogelijk is. En zelfs wenselijk.

Misschien is dat de ware kunst: niet de banaan op de muur, maar de schimmel die de muur opeet.

Naschrift voor de lezer:
Denk nog eens terug aan je laatste museumbezoek. Misschien liep je langs een installatie waar waterdruppels traag uit een pipet op een steen vielen, en een bordje aangaf dat dit “de cyclische wanhoop van het verlangen” symboliseerde. Je vond het indrukwekkend, want het was ‘kunst’. Maar stel je voor dat achter dat bord, in een spleet van de muur, een onzichtbare kolonie Cladosporium groeide. Fluisterend. Zonder pretentie. Zonder statement.

En stel je nu voor dat dát het meesterwerk was.

Ook interessant voor jou!